Op zoek naar de menselijke maat voor een mantelzorger met haar moeder met Alzheimer; toch extra hulp vanuit de WMO bij zorgval WLZ

Vlak voor de zomer leerde ik Anna kennen. Anna is mantelzorger voor haar moeder die Alzheimer heeft. Ze zorgt en regelt veel voor haar. Op een gegeven moment gaat het thuis niet meer. Haar moeder vergeet te eten, is angstig en gaat dwalen. Anna vraagt een Wlz-indicatie aan, zodat haar moeder naar het verpleeghuis kan. Ze krijgt de indicatie, maar dan begint de ellende. Het verpleeghuis heeft een wachtlijst en in plaats van meer, komt er juist minder zorg voor haar moeder. Dit fenomeen noemen we in Nederland de zorgval.
Anna begrijpt er niets van en ik snap dat. Ze ontdekt dat de thuiszorg niets kan doen. Die krijgt nu minder geld dan toen de zorg nog uit de Wmo en de ziektekostenverzekering werd betaald. Bellen met het verpleeghuis, zorgkantoor en CIZ levert ook niets op. De medewerkster van het Wmo-loket is erg vriendelijk, maar mag niks doen zegt ze. Nu de Wlz-indicatie er is, is het geen verantwoordelijkheid meer van de gemeente.

Niet accepteren wat onvermijdelijk lijkt
De mantelzorgadviseur van Anna besluit mij te bellen. Ze vraagt of ik, als ontschotter, iets kan doen. Top! Weer een professional die niet accepteert wat onvermijdelijk lijkt. Daar word ik blij van. Meestal bellen professionals omdat wet- of regelgeving hen in de weg zit. Ik onderzoek met hen wat het probleem is en wie kan bijdragen aan de oplossing. Vaak komt er daarna een casusoverleg. De inwoner waar het om gaat zit ook aan tafel, als hij dat wil.
De eerste stap is ervoor zorgen dat er weer beweging ontstaat. De uitdaging is goed te luisteren naar de vraag en aan te sluiten bij de leefwereld van de inwoner. Voor je het weet, denk je aan wat kan en mag binnen de regels en raak je uit het oog wat de inwoner echt nodig heeft. Alleen al het delen van informatie en kennis leidt vaak tot een oplossing. Als de gewenste oplossing niet binnen de reguliere kanalen kan, dan heb ik mandaat om door te pakken. Ik gebruik het overigens zelden. Binnen de Wmo en Jeugdwet is veel mogelijk.

Leer van elke casus
Natuurlijk ben ik niet de enige ontschotter in de gemeente. De echte ontschotters zijn de hulp- en dienstverleners die zorgen voor maatwerk en integrale hulp over alle kokers en schotten heen. De gemeente moet dat wel zo gemakkelijk mogelijk maken. De tweede stap bij een casus is daarom terugkijken en evalueren. Van elke ontschottingscasus kunnen we leren. Pakken de regels uit zoals bedoeld? Komt dit vaker voor? Moeten we ergens iets aanpassen zodat de systeemwereld het integraal werken beter faciliteert?
Voor Anna en haar moeder is in het casusoverleg besloten een uitzondering te maken en toch hulp te verlenen vanuit de Wmo. De menselijke maat en niet de regels vonden we belangrijk. Een beetje buiten de lijntjes gekleurd?

Ella Visser is ontschotter en strategisch adviseur Maatschappelijke ontwikkeling voor de gemeenten Hillegom, Lisse en Teylingen. Bron Gemeenten van de toekomst 10 oktober 2018 – https://www.gemeentenvandetoekomst.nl

Be the first to comment

Leave a Reply

Your email address will not be published.


*


This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.